Vrijdag, 8 maart
Darwin
Aan Darwin, de noordelijkste stad van Australië, bewaarden
we sinds ons bezoek in 1986 qua klimaat geen goede herinneringen. “Sticky
warm”, zeggen de bewoners er zelf over. Het beste kun je er dan ook zoveel
mogelijk de airco opzoeken, vinden wij.
Darwin heeft ook pluspunten, zoals een snel bereik van
natuur- en wildparken en er zijn in het centrum diverse winkeltjes met
hebbedingetjes te koop (aboriginal art, opalen en parels). Ik kocht er een
bloesje, een zwarte parel en diverse toiletartikelen – want wie weet was het onze
laatste kans voordat we ZO-Azië indoken. Ton kocht een bermudabroek en een riem
gemaakt van de huid van een rog! Leuke cafeetjes en eethuisjes zijn er ook genoeg!
Op een binnenterrasje vlak voor een ronddraaiende fan namen
we een sandwich “gezond” met een mango smoothie én een vers geperste appelsap.
Behalve het vochtig-warme klimaat zijn er nog een paar zaken waarom Darwin bij
de mens niet erg populair is. Om te beginnen: de krokodil. Niet alleen leeft er
in de omgeving een monsterlijk grote zoetwaterkrokodil (t/m 6 meter lang), maar
ook worden de bewoners van Darwin met enige regelmaat geconfronteerd met de
zoutwaterkrokodil, die overal aan de kust en zelfs in de haven wordt
gesignaleerd. Als strandliefhebber of zeewatersporter heb je bovendien te
kampen met de beetgrage, dodelijke boxjellyfish, een kwalsoort waarvan we hele
legers in zee zagen drijven. Heb je deze plagen doorstaan en wil je alsnog je
handdoekje gaan uitspreiden voor een zonnebad in de snikhete zon: kijk dan uit
voor het steekgrage strandvliegje! Ziedaar waarom het inwonertal van Darwin op ruim
100.000 blijft steken.
Extase valt er ook te beleven aan de krokodil
tijdens een voederexcursie; het beest springt een paar meter omhoog om een sappig
stukje vlees te bemachtigen dat hem wordt toegehengeld. En daar kun je een
mooie foto van maken! Persoonlijk vind ik het idee dat we ons ten zuiden van
Papua Guinea bevinden ook helemaal te gek...
Ons laatste Australische kleingeld was voor een oude Aboriginal
die zich strategisch in de leukste winkelstraat van Darwin had opgesteld (Smith
Street).
Inmiddels naderen we
de eilanden van zuid-Indonesië (Flores, Sumba, Sumbawa), onderweg naar ’s
werelds grootste hagedissen: de komodovaranen, of in ‘t Engels: Komodo Dragon.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten